Rus

De Rus

 

 

De Rus is dus een heel oud ras. Het is al beschreven in de eerste Standaard, die van 1907. Het ras is afkomstig uit Engeland. In de jongste Standaard van 2007 kan men zien dat er, in die ruim een eeuw, wel het één en ander is veranderd aan de rasbeschrijving. De Rus is een dier dat behoort tot de groep Tekeningrassen in de Standaard. Het ras mag maximaal 2,5 kg wegen. Het ruskonijn heeft een reeachtig gestrekt type met een goed afgeronde achterhand met gevulde schouders en ribbenpartij. De benen zijn relatief lang, recht en edel met kort gesloten voeten. De Rus toont zijn adel bij een middelhoge stand. De kop is een tikkeltje lang met oren van 8 – 10 cm, ideaal is 9 cm en de halspartij moet goed te zien zijn.  Het dier is een aangepaste albino. Dat houdt in dat het een witte pels heeft en rode ogen. Wat betekent  aangepast dan? De juiste volwassen verschijning is, dat de snuit, oren, benen en staart( met elkaar de extremiteiten) gekleurd zijn: zwart, blauw of bruin. Masker of snuit moet ook duidelijk om de onderkaak gekleurd zijn. Van belang zijn ook een zo donker mogelijke staart en nagels. De kleur is afhankelijk van aanwezig pigment. Het pigment is intensiever naarmate de omgevingstemperatuur lager is. Het gemiddelde aantal jongen per nest is 4 tot 6. Na ongeveer 7 maanden (van voorjaar naar najaar en winter) kan dit proces voltooid zijn. Het zal duidelijk zijn dat de eigenaar van de jonge dieren voortdurend in deze periode dat jonge spul bekijkt met vragen over hun ontwikkeling; heel boeiend. De echte liefhebber blijft ook daarna  de ontwikkeling van elk apart dier volgen. Met name voor inschrijving naar tentoonstellingen, keuzes voor een fokprogramma of verkoop om collega-fokkers van het ras te helpen met hun programma. Enige aanslag van kleur op plaatsen die wit moeten zijn, kan bij een keuring wat verlaging van punten geven, maar pas op doe ze niet te snel van de hand. Het kunnen juist heel goede fokdieren zijn. Na  een paring ( ram x voedster) kan na circa 31 dagen de voedster haar jongen in een vooraf door haar gemaakt nest leggen. Het  nest wordt gemaakt van strooisel, vaak stro, en  geplukt haar van haar eigen lichaam Bij koud weer kan de voedster na de geboorte de komende dagen nog haar bijplukken om de kleintjes warm te houden. De kleintjes zijn volledig kaal en hebben de eerste dagen een vleeskleurige babykleur. In de eerste week begint de haargroei al. Na ongeveer 3 weken komen de jongen uit het nest.  Boven is de verdere ontwikkeling al aangegeven. Bij de Rus is op een officiële keuring een wam niet toegestaan. Er is over dit ras nog veel meer te vertellen, maar de  geïnteresseerde fokker moet eigenlijk met eigen dieren in hun eigen hok ontdekken wat dat langere verhaal moet worden. Wij wensen de huidige en toekomstige Russenfokker veel succes!